zondag 31 juli 2022

Chillen

Meer wolken dan gister, dat vinden we totaal niet erg. Zodra de zon achter de wolken vandaan komt, is het meteen weer warm. Het is sowieso behoorlijk klef.

Omdat we niet echt een ‘programma met must sees’ hebben (ik had wel wandelingen uitgezocht, maar daar hebben we gewoon even geen zin in, te warm, te klef), slapen we uit. Voor het eerst deze vakantie. We moeten nog beslissen of we gaan white water raften, of dat we 'gewoon' met een bootje een eindje de rivier afzakken. Daarom wandelen we na het ontbijt naar het visitor center om even te bellen met de rafting-company. Op de camping hebben we namelijk geen bereik (dat hebben we vaker deze vakantie). Maar ook daar hebben we geen bereik met onze eigen telefoon blijkt. We zitten qua telecommunicatie kennelijk behoorlijk in the middle of nowhere. Er hangen wel payphones die werken.



De white water-rafttocht is een behoorlijke bumpy-ride, vertelt de rafting-baas. Heel tof! Maar… is dat nou wel zo handig met die rug- en schoudergedoetjes van de afgelopen weken? Het gaat net weer fijn en alle botjes staan redelijk goed op elkaar… Zou jammer zijn als dat misgaat. En ik kan ook niet halverwege uitstappen als ik denk dat het niet goed gaat. Na veel dubben besluiten we toch voor ‘better safe than sorry’ te gaan: we doen de scenic float om 18 uur vanavond. Hopelijk zien we nog wat leuke beesten die het goed maken… Floris is begrijpelijkerwijs ontzettend teleurgesteld, hij wilde zo graag cool white water raften.

Op de camping staat trouwens ook een grote islamitische familie. We tellen minstens 6 kinderen, als het er niet meer zijn. Tellen is namelijk nogal lastig want de kindertjes fietsen voortdurend in verschillende samenstellingen rondjes over de camping. De vrouwen dragen burka-achtige outfits (alhoewel ze de lap voor hun mond afdoen als de man er niet is en ze op hun campingplek zitten). De man gaat er regelmatig in outdoor outfit op uit, soms met de oudste jongen. De rest blijft op de camping, de hele dag rondjes fietsen. Best bijzonder, een gesluierde familie tussen alle korte broeken en outdoor mensen. Eén van de kleinere kinderen heeft een nogal irritante verdragende stem, en helaas staan ze vlakbij. Waar wij onze kinderen allang tot iets meer stilte hadden gemaand mag dit kereltje luidkeels roepend de camping over paraderen. #irritatiefactortje

We chillen de rest van de dag bij de camper. Kennelijk hebben we ook even ‘mentale verwerkingstijd’ nodig voor alles wat we hebben gezien en beleefd afgelopen weken. En dat is prima. We doen potjes qwixx, lezen een boek of spelen een spelletje op de switch of een telefoon. We hebben even geen puf voor een wandeling. Te klam en klef.

Om 17.45 uur zijn we bij de raftcompany voor onze ‘float-tocht’. In onze boot komen nog 2 hele dikke dames, en als iedereen z’n zwemvest aan heeft kunnen we vertrekken. Het is meteen lekker koel op het water, zalig! In een uurtje zakken we zo’n 7 km stroomafwaarts over de Fraser rivier. En het is inderdaad heel chill floating, zo downstream (beetje te tam zelfs, als ik eerlijk ben).



De gids vertelt leuke info tijdens de tocht. Bijvoorbeeld over de zalmentrek (alleen de allerknapstensterksten komen tot over de Rearguard Falls in de Fraser River). Of over Tête Jaune; nu een piepklein plaatsje dat 100 jaar geleden een van de grotere steden ten westen van Winnipeg was. Toen kwam er een megagrote overstroming die stad grotendeels wegvaagde. En sindsdien is het eigenlijk nooit meer dan een verzameling huizen geworden. We drijven ook langs een berg waar vroeger mica werd gewonnen. Tot de mijn instortte…


Helaas zien we tijdens de tocht - behalve een reiger en omgeknaagde bomen door bevers - geen (sporen van) beesten… Omdat de zon alweer ondergaat en de temperatuur lekker daalt, rijden we met de camper nog een keer over de weg waar we met de grote gele raft-schoolbus reden die ons terug naar het startpunt bracht. Deze weg schijnt namelijk volgens de raftmensen een goede wild-spot-plek te zijn. En warempel, meteen is het raak: een prachtige zwarte beer met mooie lichtbruine mond (bek??) scharrelt in de struiken. Zodra hij door heeft dat we afremmen, draait hij zich gauw om en verdwijnt weer het bos in. Voor mij tijd te kort om überhaupt een foto te maken, David heeft nog net z’n kont op de foto weten te zetten. De rest van de detour naar de camping laten andere beren zich niet zien. Langs de snelweg spot Floris nog wel een ree, maar omdat we zo hard reden, zagen wij 'm niet.

zaterdag 30 juli 2022

'Verplicht' naar Mount Robson

=== 31-7 geen foto's dus... internet is schaars. Dus die houdt u nog te goed. Edit 14-8: nu mét beeldmateriaal ===

Vandaag moeten we verkassen. Zo voelt het een beetje… ondanks dat we in Jasper wel 'n beetje uitgekeken zijn*, en dat we Jasper zelf eigenlijk een beetje ‘smoezelig’ stadje vinden in vergelijking met Banff. De camping is heerlijk


We hoeven niet ver te rijden, dus we slapen (een beetje) uit en ontbijten weer lekker in het zonnetje. De afgelopen dagen hebben we weinig wildlife gezien: alle dieren lagen vast ergens in de schaduw te puffen van de warmte... Net als wij...

Als ik na het douchen terug naar de camper loop, zie ik op de wei achter onze plek een paar elk lopen. Gauw kleed ik me aan, en loop er naartoe. Een Canadese vrouw is de elks ook op het spoor, ze wijst me op de rest van de kudde die onder de donkere dennenbomen liggen. Als je niet zou weten dat ze er liggen, zie je ze niet. Ze verraden hun plekje alleen als ze met hun oren flapperen en zo de lichtval verandert. Ik tel zo’n 10 dieren. Als ik terugloop om Floris te halen, zie ik plotseling nog een ree met 2 kleintjes grazen. Grappig hoe alert de moeder is, voortdurend check ze de omgeving of alles nog oké is. Ik sta nog even te praten met een Amerikaan die vertelt dat hij een paar jaar geleden ook in Europa op vakantie is geweest. Hij blijkt alleen in Frankrijk geweest te zijn. Ook leuk natuurlijk, maar vooral grappig dat hij eerst Europa noemt en bij doorvragen pas het land waar hij is geweest.

Samen met Floris bekijken we de kudde wapitiherten. Ze liggen nog steeds op dezelfde plek in het bos. En er is ondertussen ook een hele opstopping op de ‘snel’weg ontstaan: een aantal herten steken de weg over, om lekker langs de weg te gaan grazen.


Ook de ree met de kleintjes laat zich weer zien. Zoooo schattig 😍🤩, volgens Floris. In de wei blijken ook nog een boel ground squirrels te wonen: sommige komen net boven het gras uit in hun ‘stokstaart-stand’.

In een dik uur rijden we naar Mount Robson. Met z’n bijna 4000 meter torent hij imposant uit boven alle bergen in de buurt. De reden waarom we hier 2 nachten staan is de wandeling naar Kinney Lake. Helaas is deze vanwege overstromingen vorig jaar nog steeds dicht. (Dat wist ik al toen we deze camping boekten, maar we hadden weinig ruimte om de route om te gooien aangezien alle andere campings ervoor en erna allang vast stonden, alleen deze camping kon je pas 2 maanden van tevoren boeken.) Wat dan hier te doen? We doen vandaag in ieder geval even weinig: gewoon rondklooien op de camping, boekje lezen, spelletjes spelen is ook fijn. En we denken nog even na over de vraag of of we morgen gaan raften of dat we een chille ‘float-tocht’ op een raft gaan doen. Floris weer het wel: hij wil heel graag raften.

Oja: de koffie - een vrij essentieel voedingsmiddel wat ons betreft - is op. Nou hadden we in Jasper wel bonen gekocht en in de winkel gemalen, maar dat bleek vanochtend echt zulke vieze koffie te zijn dat we ‘helemaal’ naar Valemount (half uurtje verderop) zijn gereden om nieuwe koffie te kopen. David en Danaë vonden dat niet erg: de winkel had snelle WiFi zodat ze nog wat afleveringen konden downloaden. Bovendien bleek er ook een brouwerij te zitten. Dus Erik kan weer wat biertjes inchecken op UnTapped. En op de terugweg zagen we als 'bonus' op magistrale wijze Mount Robson opdoemen. Pas dan zie je hoe groots het is.

Kampvuurtje erbij, beetje aanklooien en/of stoeien, hamburgers bakken... Life is good!

* Edith Cavell zouden we graag heen willen, maar ja... iets met te grote camper voor de weg ernaar toe 😐. Wisten we van tevoren hoor, dus geen teleurstelling ter plekke.

vrijdag 29 juli 2022

Party crashen in mosquito forest

=== 31-7 nog geen foto's dus, m'n telefoon moet nog 300 foto's uploaden naar de cloud om ze er weer uit te halen om hier neer te zetten. Dat trekt de wifi van het visitor center in Mount Robson niet... Edit 14-8: de wifi thuis trekt dat allemaal wel, dus huppetee, plaatjes bij het praatje ===

Main conclusion van vandaag: wandelen als je aan alle kanten lek geprikt wordt door muggen, zelfs dóór je kleren heen, is geen succes!

Vandaag wilden we geen inspannende wandeling doen, het is namelijk weer kneiterwarm. Daarom gaan we naar Pyramid Lake om een klein rondje te doen. Maar dat werd dus echt n heel klein rondje, want het wemelde van de muggen. We sprayden ons helemaal suf met anti-muggenspray, maar het hielp helemaal niks. Dwars door je kleren prikken ze, die kleine ruk-insecten.


Een familie die 10 minuten eerder vanaf de parkeerplaats is vertrokken, komen we weer tegen als wij nog op onze ‘heen’route zijn: ze zijn omgekeerd, ze hadden nog nooit zoveel muggen meegemaakt, zeiden ze.

Kortom: ook wij zijn omgekeerd. We wandelen daarna naar Pyramid Island. En daar ‘party crashen’ we de bruiloft van Erika en Darcey. Kennelijk kun je een deel van het eilandje ook afhuren voor een trouwceremonie met het mooiste uitzicht ever. Mits je er geen bezwaar tegen hebt dat er mensen langs kanoën of op de paadjes langs wandelen als je het ja-woord geeft.






Whistlers is trouwens een hele fijne camping, ondanks dat we op een best ‘kaal’ gedeelte van de camping staan. Weinig bomen dus, maar wel fantastisch uitzicht op de bergen om ons heen. En we hebben weer elektriciteit, water en een sewer-aansluiting. Dat betekent lekkere eggo’s en bagels uit de toaster voor ontbijt.
De rozijnen-scones van de Bear Paw Bakery eten we als lunch bij een picknickplek langs het meer. Daarna doen we (weer 🙄) boodschappen en gaan we bij de camper chillen. Erik bakt lekkere worstjes op de bbq en dit keer zijn ook de aardappels heerlijk gepoft. 's Avonds maakt David Erik 2x in met een potje schaak, en doen Danaë en ik yahtzee en qwixx. Zo hebben we de spelletjes gelukkig niet voor niets meegenomen 😜.

donderdag 28 juli 2022

Maligne on tour

=== 31-7 ja, u weet het al, wegens crappy internet blabla, geen foto's... edit 14-8 Maar nu wel. Dus hup, kijken die plaatjes :-) ===

Het is heerlijk om buiten te ontbijten. Zonnetje erbij, het is gelukkig nog niet zo warm.

Vandaag doen we een tourtje naar Maligne Lake en Maligne Canyon. Op de weg er naar toe is meestal veel wild te zien, dus wie weet!!! Het is goed te zien dat er een aantal jaar geleden een grote bosbrand is geweest, want grote stukken rijden we langs 'staakjes.

Al snel zien we 3 mannetjes elken. ‘Holy moly, wat een enorme beesten’, zegt Floris op z’n Freek Vonks. De dieren langs de rest van de weg hebben zich al verscholen voor de hitte, want we zien niks. Alleen langs Medicin Lake zien we een golden eagle nest. Het vrouwtje zit erop. Zou wel tof zijn als we het mannetje ook nog spotten. En ja hoor, even verderop zit het mannetje hoog in een boom op de uitkijk.


Bij Maligne Lake doen we eerst een rondje Moose Lake. Floris wil heel graag een eland zien. En daar wonen ze, dus als we mazzel hebben (als we ze zien koop ik meteen een staatslot)… Muisstil wachtten we 20 minuten, en andere wandelaars komen ook muisstil kijken. Maar tevergeefs. Wel zien en horen we daar een suffe lawaai-makende Nederlandse familie. Ze vragen zich hardop af waarom een groep van bijna 10 mensen daar zo stil staat. Omdat de dieren anders weg blijven misschien?



Daarna lopen we langs tientallen toeristen die op boottochtjes staan te wachten naar de andere kant van Maligne Lake om daar de Mary Schäffer-loop te lopen. Dat is vooral Warm. Heet. En Warm. Natuurlijk ploffen we even neer in de kenmerkende rode Canadese stoeltjes, maar in de brandende zon is dat geen aanrader.

We doen op de terugweg een snelle lunch langs de rivier en gaan dan toch nog ff kijken bij Maligne canyon. Niet met al te veel enthousiasme, maar we zijn er nu toch… Deze canyon is echt weer anders dan eerdere canyons. Gelukkig is het niet megadruk. Dat zal vast liggen aan de warmte 🙄. Net als in de andere canyons nestelt hier trouwens de bedreigde black swift; in Marble canyon zagen we 'm vliegen. Schijnt dat veel vogelaars speciaal naar deze canyons komen in de hoop een glimp van het beestje op te vangen. Aan alle vogelaars onder u: ze zijn er echt!


Het is zo warm dat we alleen de eerste 3 bruggen lopen; de camper moet vanwege z'n lengte op de overflow staan, dus in plaats van ruim 2 km hebben we ruim het dubbele gelopen aangezien de overflow-parking niet naast de canyon ligt. En asfalt en zon is superwarm, bleh. We rijden nog even langs de 5e en 6e brug, maar daar is de rivier lang zo spectaculair niet meer.

Wel tof om te zien trouwens: als je het pad langs de canyon loopt, zie je soms niet eens dat er een superdiepe canyon ligt. Je zou niets vermoeiend over het mos lopen (als het pad niet afgezet zou zijn natuurlijk), en zó erover kunnen stappen. Of struikelen.

We eten bij de brewery pub in Jasper. Afgezien van het feit dat het eten ongelooflijk lang op zich laat wachten (niet erg, want dan hebben we WiFi 😀) is het helaas ook niet erg lekker. Behoorlijk droog vlees… alleen de elk meatloaf van David is nog best lekker.

Rond 20 uur zijn we weer terug op de camping. Tegen de muggen stoken we maar weer n vuurtje, en spoelen even lekker schoon onder de camping douche (prachtig nieuw gebouw, en lekkere warme douches). En we hebben de Rustende Indiaan ontdekt op de bergen. Als je m eenmaal gespot hebt, is het lastig hem niet meer te zien. Zeker niet als het licht er 's avonds op valt. Ook vanaf onze campingplek kun je 'm mooi zien liggen rusten.



woensdag 27 juli 2022

Morgenstond...

=== 31-7 even geen foto's due to crappy internet... maar he, er is in ieder geval internet... hoera! Edit 14-8 Jawel, foto's. En veel :-) ===

Als er ergens een plek is waar je de zon wilt zien opkomen, dan is het wel aan de voet van deze gletsjers. Daarom ging om 5.30 wekker. Vanuit ons bed aan de achterkant van de camper kunnen we de eerste glimpjes licht op de bergen zien. Dus: gordijnen open en kijken maar. Om 6.06 verscheen het eerste streepje licht op de berg, aarzelend oranje in een grijs-blauwe wereld.



Met zo ongeveer voor het eerst deze vakantie een lange broek en fleeces aan stapten we (Erik en ik, de rest lag nog op één oor) naar buiten de tintel-frisse ochtendlucht in. Alle campers ware nog in diepe rust verzonken, behalve de camper naast ons: daaruit verscheen een Aziatische toeriste die dolenthousiast aan het fotograferen sloeg. Of we wat foto’s van haar wilden maken. Tuurlijk. De ene na de andere pose nam ze aan zodat Erik op een gegeven moment maar ‘the last one’ riep. Daarna nam ze tig foto’s van ons, en klikkerde ze er zelf lustig op los om de opkomende zon op de gletsjer vast te leggen.

Om 6.45 zat iedereen aangekleed en wel aan het ontbijt, en om 7.30 reden we de dag tegemoet, in de hoop op flink wat wildlife langs de weg nu het nog niet zo warm was. Maar helaas. De hele verdere Icefield Parkway hebben we niks gezien, behalve wat chipmunks op een parkeerplaats bij een uitzichtpunt.



Het 2e deel van de Icefields Parkway had wat minder stops dan het deel van gisteren. We stopten bij de Suwapta Falls. Waar de meeste mensen alleen de bovenste waterval bekijken, hadden we tijd genoeg om ook de onderste te bekijken. Dus wandelden we in een ruim uur door het bos naar beneden. Een ouder stel dat we tegenkwamen was omgekeerd. ‘Er zijn hier helemaal geen watervallen, dit pad gaat eindeloos door het bos’. Dat viel wel mee, mensen. En het uitzicht beneden was prachtig!

Vlakbij Jasper bekijken we de Athabasca Falls, een dikke toeristentrekpleister. De waterval is mooi, en - heel welkom in deze bloedhitte - : hij sprayt ook lekker veel water bij een gedeelte van de waterval. Dus ff ‘koud douchen’ is heel aangenaam.



Daarna parkeerden we de camper voor een lunch langs de rivier. Een mooie plek, en ook weer mooie meertjes die de bergen prachtig weerspiegelen. maar ook weer... geen wild. Het is echt te warm, ruim boven de 30 graden.

Omdat we niet zoveel stops hebben gemaakt, zijn we al voor 13 uur bij Jasper. Daarom gaan we maar meteen door naar de Valley of the 5 lakes om daar te wandelen. Het is te merken dat de meeste mensen het te warm vinden om te wandelen, want we vinden wonderwel een plekje voor onze vrachtwagen. Met véél water in de rugzakken gaan we op pad.

De bomen bieden nauwelijks schaduw: de meesten zijn dood door de pine beetle. Het is dus behoorlijk zwaar. We doen daarom korte versie: 5 km ipv 8. In sommige meertjes kunnen we even afkoelen met onze handen of voeten. David en Floris scheppen hun pet vol water. Dat helpt ook. Na ruim anderhalf uur bikkelen (nog best een goed tempo, want het is zeker niet Hollands plat…) staan we weer bij de camper.


We doen nog snel een rondje door Jasper en proberen boodschappen te doen in een halflege supermarkt (dat valt niet mee… de prijzen trouwens ook niet…). En dan - eindelijk - op naar de camping. Die is mega groot, maar meteen heel fijn. De camping is zo groot dat het vanaf onze plek 20 minuten stevig doorlopen is naar de speeltuin. Dan dan ben je nog niet eens de hele camping over geweest. Nu staan we ook wel behoorlijk aan de buitenrand, maar toch…

Het is ook 's avonds nog veel te warm om te koken. En ook om te eten. Daarom eten we een bak met cantaloupe-meloen en aardbeien. En voor wie wil: aardbeien op een bagel. Heerlijk!

Om 23 uur spot Floris vanuit z’n raampje bij z’n bed nog een eenzame vrouwtjes-elk die rustig over de camping loopt. Dit beest is al indrukwekkend groot. Hopelijk zien we morgen de mannetjes-variant met z'n gewei nog ergens lopen.