vrijdag 22 april 2016

Keuzemenu

Floris komt thuis van een dagje kinderdagverblijf. Ik ben aan het koken. Belangstellend trippelt hij de keuken in.

'Hé, is dat een chocolaatje?', wijst hij blij naar iets op het aanrecht.
Ik zie hem zich in z'n gedachten al verheugen op de smaak van chocola. Van een dag keihard spelen met vriendjes krijg je trek natuurlijk.
'Nee, dat is een bouillonblokje', stel ik hem teleur.
'Oh jammer...' Even is hij stil om deze domper te verwerken.
Dan besluit hij meteen maar hoog in te zetten en zijn menuwensen kenbaar te maken.
'Wat gaan we eten?' Hij wacht mijn antwoord niet af.
'Ik heb veel honger. Ik wil koekjes eten!
Of chocola! Of pannenkoeken!
Of... Of... Patatjes! Of snoep!
Ik. Heb. Honger. Ik heb Veel Honger...
Dat koken duurt teveel lang.
Ik heb honger. (stamp) Honger (stamp) Honger (stamp-stamp-stamp)'

dinsdag 12 april 2016

Galop en geweer

Nu de eerste blaadjes frissig groen aan de bomen ontluiken, is het de hoogste tijd. De hoogste tijd voor...

Sinterklaas.

Op de iPad bekijkt hij alle marathonafleveringen van Het Sinterklaasjournaal tot minstens 3 jaar terug. Bekijkt diverse wanstaltige nep-piet-en-sint filmpjes die hij op YouTube tegenkomt. Wel lief natuurlijk, zo'n zus die de door meneer gewenste zoektermen even invult; hij scrolt daarna zelf verder in de video's die hem als suggestie worden aangedragen... Sommige filmpjes zijn zo waanzinnig slecht geacteerd dat ik even bang ben dat er in het vroege voorjaar 2 kinderen in 1 klap van hun pepernotenwolk vallen.

Maar goed. Sinterklaas dus. Ik vind het prima, zo lang ik nog maar geen pepernoot hoef te zien.
Het is ergens ook wel gezellig. Want de liedjes zitten er nog goed in. 'Zie ginds komt de Stoomboot' is momenteel favoriet.

Uit de stoomboot 
komt Sinterklaas weer aan.
Hij brengt ons naar Sint Nicolaas,
ik zie hem al staan.
Hoe wuppelt zijn paardje
Galop en geweer.
Hoe waa-haaien de wimpels
door heen en door weer.

zondag 3 april 2016

Opzuigen

Floris is verkouden. En het gebeurt regelmatig dat een boel snot 's nachts leidt tot oorpijn.
En ik weet niet wat u 's nachts het liefste doet, maar ik slaap het liefst. Dus, veel snot = kans op oorpijn = kans op gestoord worden tijdens mijn reis door dromenland. Kortom, iets dat we graag willen voorkomen.
Hoe we om te beginnen de hoeveelheid snot kunnen voorkomen, is mij in mijn bijna-10-jarige moedercarriere nog steeds niet helemaal duidelijk geworden. Iets met steeds een verrassingsaanval uit onbekende hoeken ofzo. Daarom zet ik graag in op het voorkomen van oorpijn.

'Zullen we even neus sprayen?', vraag ik Floris bij het slapen gaan.
'Nee hoor', zegt hij verschrikt. 'Ik heb geen oorpijn.' Neussprayen is niet echt zijn hobby.
'Nee, maar we willen ook zorgen dat je geen oorpijn krijgt. Daarom kunnen we even sprayen.'
'Nee,' zegt hij stellig. 'Kijk maar. Ik kan het snot ook opzuigen.'
En hij haalt demonstratief keihard gorgelend zijn neus op.

woensdag 30 maart 2016

Sloppig

Op weg naar Opa en Oma B. komen we altijd langs wat volkstuintjes. En toegegeven, sommige volkstuincomplexen maken een wat meer 'onderhouden' en 'verzorgder' indruk dan andere...
Als we er weer eens langs rijden, zegt David 'Hé kijk, een sloppenwijk'.

dinsdag 15 maart 2016

Dingen die (pas) je doet als je Vier bent

Drie-en-een-half istie nu. En doet qua grootte en vocabulaire niet onder voor de gemiddelde 4-jarige.
Nadat David en Danaë in hun klas zijn gebracht, gaan we soms op maandag- of op woensdagochtend samen 'kleuters kijken'.  Dat is dus echt wel heel cool-maar-toch-eenbeetje-eng. Een beetje kleuters en hun juf in het wild observeren. Hoe dat werkt, in zo'n klas met zoveel kinderen. En wat voor tof speelgoed ze daar hebben.

Eerst loert-ie vanachter m'n been de gang van de groepen 1-2 in. En ziet dat er voor deze themaperiode dit keer een heuse raket is opgebouwd op de plek van de huishoek. Dat is gaaf. Z'n interesse is gewekt. Stilletjes trippelt hij verder de gang in. En hij ziet allemaal planeten hangen in de klassen. En planeten-knutsels aan de muren. Dat is nog gaver.
Hij kijkt naar wat kindertjes die een schilderij aan het verven zijn. Ik zie aan de glinstering in z'n ogen dat hij dat ook wel leuk vindt. En ze hebben ook een bouwhoek, wijst hij. Er is ook iemand jarig, want ze heeft een hele mooie muts op haar hoofd. En er wordt in een klas hard gezongen.

Eén van de juffen komt voorbij met haar klas en ziet dat hij nieuwsgierig staat te kijken. 'Kom je ook met ons spelen op het plein?', vraagt ze.
Van schrik duikt hij weer achter m'n been en schudt gauw van nee. 'Geeft niets, misschien een volgende keer?', zwaait ze.

'Waarom wilde je dat niet?', vraag ik benieuwd onderweg naar huis. 'Dat kan niet hoor. Dat doe ik pas als ik vier ben', zegt hij heel beslist.

vrijdag 12 februari 2016

Over zombievissen en minecraften

Met een oudere broer van 9 heb je als 3-jarige natuurlijk een ander voorbeeld dan dat de oudere broer zelf ooit had, toen hij 3 was. En dat is soms even wennen.

Zo zijn de 'afgekloven visgraten' van de otters uit het stropers-P.laymobil setje "Zombievissen". En speelt-ie op het kinderdagverblijf ook wel eens 'zombietje'... Daarbij sjokt hij met uitgestoken handen een paar rondjes door de groep en spiekt daarbij stiekem door de spleetjes van z'n ogen.

Of hij roept naar z'n vriendjes als ze samen druk aan het spelen zijn: 'Zo. Nu gaan we even minecraften.' En gaat dan met een nep-speel-mobiele-telefoon een paar minuten rustig in een hoekje zitten en doet wat tik- en swipe-bewegingen na.