maandag 29 juni 2015

And the show goes on

Na het winkel-spel, baldadigt Floris nog even verder in de bibliotheek.
'Hé, werk jij hier?', vraagt hij belangstellend aan de bieb-mevrouw die voorbij loopt.
'Ja', antwoordt ze.
En met zijn allerondeugendste koppie roept hij best hard tegen haar 'Ik ga op jouw hoofd p.oepen!'

En dan, beste mensen, weet ik even niet meer hoe ik moet reageren. Totaal flabbergasted was ik. Eigenlijk moest ik keihard lachen. Want hij had die ochtend juist het boekje van een mol die wilde weten wie er op zijn kop gepoept heeft uitgebreid zitten bestuderen.

Fuik

Met zijn blonde krullenkoppie, pretoogjes en guitige blik windt hij mensen moeiteloos om z'n vinger. Of weet ze te paaien voor z'n zelf bedachte spel. Ook op een drukke zaterdagmiddag wanneer we nog even een vergeten boodschap halen in de Albert Heijn. Terwijl ik sta te dubben welke salade ik zal meenemen, blijkt meneer te oefenen voor zijn latere beroep. Of hij wordt Brandweer. In een graafmachine. En met een zwaard. Het kan nog alle kanten op.

Hij verspert een nietsvermoedende winkelende mevrouw in het gangpad de weg.
'Stop', sommeert hij haar. Ze blijkt ook nog eens in een telefoongesprek verwikkeld. Ze kijkt met een half oog naar Floris, en probeert hem linksom al pratend te omzeilen.
'Stop. Ik ben Poolietie!, zegt hij nog een keer, nu nog stelliger terwijl hij met z'n hand het stop-gebaar maakt. Ondertussen lonken z'n pretoogjes. En hij doet meteen een paar zijstappen in de richting waarlangs de mevrouw hem wil passeren zodat ze wel rechtsom om hem heen moet gaan.
Glunderend roept hij, terwijl hij soepel met haar mee naar rechts beweegt, 'Ahaaa, jij moet in de gevange-is'.
Er ontstaat een links-rechts-links 'schijnbewegingsdans' tussen Floris en de mevrouw die nu haar gesprek heeft onderbroken. Uiteindelijk weet ze hem met een dikke glimlach te passeren. 'Jij heb gewonnen', roept hij haar joviaal achterna.

zondag 21 juni 2015

Calorie-en-cariës-colonne

Ik ben de Stomste Moeder van heel A. Wat zeg ik, van heel Nederland. Of nee, van heel de wereld.
Als u dit vorige week vroeg aan de oudste twee kinderen, zouden zij dit terstond bevestigen.

En waaraan heb ik deze twijfelachtige eer te danken, denkt u misschien.
Aan de avondvierdaagse, beste mensen.
Uweetwel, het jaarlijks terugkerend evenement waarbij kinderen gestimuleerd uitgedaagd worden tot een beetje meer beweging in de gezonde buitenlucht.
En dan eigenlijk niet aan de avondvierdaagse op zich, maar meer aan het feit dat ik pertinent geweigerd heb mijn kinderen op pad te laten gaan met snoep.
'Jaaaah, maar iedereen heeft snoep....', jeremieerde David. 9 jaar en de groepsdruk begint langzaam toe te nemen kennelijk.
'Nou, in dat geval kan ik je geruststellen David', zei ik monter. 'Dan is de kans heel groot dat je onderweg toch een snoepje van iemand krijgt aangeboden.' En ik duwde hem met een flesje water en een eierkoek de deur uit.

Op zich heb ik niets tegen een wandeling zo 's avonds. En het is misschien best wel gezellig om 5 of 10 km kletsend met vriendjes en vriendinnetjes door te brengen.
Ik had een hekel aan de avondvierdaagse omdat zoiets behoorlijk veel logistieke uitdagingen oplevert om én je werk af te krijgen én alle koters gevoed en gelaafd op tijd op het startpunt af te leveren. 
Gelukkig hebben wij een zeer meedenkende BSO die dit jaar de wandelkinderen voor een prikkie liet mee-eten, zodat we op een iets minder onhandig tijdstip onze werkplekken halsoverkop hoefden te verlaten. So far, so good.
Nadat ik een paar jaar terug één keer als mee-wandel-moeder heb mee gelopen, kreeg ik acuut een hekel aan het geslenter waarmee de 5 km volbracht wordt. Ook dat probleem loste zich vanzelf op: Huisgenoot vindt het wel leuk om een stelletje kinderen min of meer in het gareel te houden en een wandelende afvalbak te zijn.

Maar wat mij als avondvierdaagse-thuisblijfmoeder telkens weer (en meer) tegen de borst stuit, is de overdaad waarmee sommige kinderen op pad worden gestuurd. Alsof ze nondeju een week lang moeten overleven op een onbewoond eiland.
En dan de troffeeën die worden overhandigd en omgehangen bij de intocht op de laatste avond: chocoladerepen, snoepkettingen, zakken drop etc.. Dit jaar meldde David dat er ook kinderen waren die dozen Lego cadeau kregen (ik weet niet hoe het met u zit, maar toen hij dat de eerste keer zei, dacht ik dat ik het niet goed verstond; aan de andere kant, een doos Lego is natuurlijk geen zak snoep). Enniewee, alsof de arme kindertjes 3 jaar hebben moeten zwoegen voor hun zwemdiploma.
En wat mij verbaast is dat dit alles (behalve de dozen Lego dan natuurlijk) niet alleen aan 'eigen'  kinderen wordt uitgedeeld, maar aan halve klassen.

Wat is nou de portee van dit verhaal... Ik vind het niet erg dat mijn kinderen af en toe snoep eten. En iets uitdelen aan je vriendjes en vriendinnetjes is toch ook wel weer iets sociaals. Bij zo'n evenement als dit krijgen ze blijkbaar hun portie toch wel. En juist omdat ik weet dat ze hun portie toch wel krijgen, vind ik het niet zo nodig om bij te dragen aan een nog grotere wandelende calorie-en-cariës-colonne.

En dus, de titel Stomste Moeder... Ik heb er een dubbel gevoel over. Het is niet dat ik het niet wil, maar omdat we genoeg genoeg vinden. Daarom ontving ik ze thuis na de laatste avond met een paar mooie bloemen en een dikke knuffel. En de belofte dat Floris volgend jaar vast oud genoeg is om met hem bij de intocht langs de kant te staan en ze toe te juichen. Toen was ik meteen al wat minder stom...