zondag 1 februari 2009

Tisunfase

Ik. Wil. Dat. Niet. En meestal altijd gecombineerd met het woordje Nee. Dat horen we de laatste tijd veel hier thuis. Een beetje té veel, als u het ons vraagt. En natuurlijk de obligate mega-zielige huilbui, how could I forget. Verdrongen natuurlijk, dat snapt u.

Lekker zelf spelen is er ook niet meer bij. Voorlezen, dat moet er gebeuren. Floddertje, Het Rode Kippetje, een verhaal over konijnen, you name it.
Of de hele dag meespelen. En dan precies dansen naar de pijpen van meneer. Want owee als je zelf bedenkt dat je een garage voor de auto’s gaat bouwen. Of een hok voor de Lego-dieren. Of een kasteel. Nee dat moet jij niet doen. Ikke moet dat doen. Jij mag hier zitten. En jij moet kijken. Commanderen gaat m inderdaad verbazingwekkend goed af. Hmm, toch eens naar ons eigen gedrag kijken…

Eerst dachten we dat het kwam omdat-ie nogal ziekig en verkouden was. Maar nu de snotgordijnen opgetrokken zijn, blijft zijn anti-gedrag hardnekkig hangen. Behoorlijk irritant, vinden huisgenoot E. en ik. Bezwerend prevelen we 's avonds ons mantra Tisunfase-Tisunfase tegen elkaar, in de hoop op een volgende dag vol met David-grapjes en grollen.

Na een dag van onmogelijk anti-gedrag, had David gisteravond om kwart voor 7 eindelijk zelf een spel bedacht: Bob de Bouwertje spelen. Men neme wat bijzettafeltjes en een doek eroverheen. En een hooivork van de Lego en een Duplo-blokje. Heeft-ie heerlijk zitten timmeren. Daar gaan ik hoor. Bob de Bouwer moet even timmeren. Goed zo jongen, wat knap van jou. U snapt dat wij m de hemel in hebben geprezen.

Geen opmerkingen: